The Global DEI Census: De Resultaten
Vorig jaar juli hebben we onze achterban gevraagd deel te nemen aan een wereldwijd DEI onderzoek van WFA en Kantar. De resultaten zijn binnen en bieden diepgaande inzichten in de belevingswereld van meer dan 10.000 mensen uit de industrie wereldwijd. We zetten een aantal bevindingen voor je op een rijtje.
Door naar gemiddelden te kijken kunnen we niet direct onze conclusies trekken. Door de context en data te bestuderen zul je meer inzichten krijgen. We raden dus ook aan om het hele rapport te lezen en er je eigen learnings uit te halen. Toch hebben we een aantal bevindingen alvast voor je op een rijtje gezet.
De meest gerapporteerde vormen van discriminatie zijn op basis van leeftijd, gevolgd door gezinssituatie en vervolgens geslacht. Door deze kenmerken te combineren, zijn de groepen die zich het meest gediscrimineerd voelen, jongere of oudere vrouwen met zorgtaken. Desalniettemin steekt de algehele inclusiescore van de marketingindustrie (64%) gunstig af in vergelijking met andere bedrijfstakken gemeten door Kantar in hun Inclusion Index van 2019.
Algemeen
De wereldwijde gemiddelde inclusiescore voor de marketingindustrie was 64%, maar het verschil tussen de laagst scorende markt is aanzienlijk: 19%. En er zijn grote verschillen tussen bepaalde groepen in dezelfde markt. Inclusiescores in India, een van de best presterende markten, waren gemiddeld 68% en 72% voor mannen, maar 62% voor vrouwen. In Nederland was de gemiddelde score 68%, maar voor nationale minderheden zakte het naar 48%. Dergelijke verschillen kwamen vaak ook tot uiting in een loonkloof.
De mensen met het laagste gevoel van verbondenheid zijn over het algemeen mensen, met name vrouwen, met een handicap en van een etnische minderheid. Hieruit kun je concluderen dat intersectionele diversiteit de grootste rol speelt.
Leeftijd en familiestatus
De internationale marketingindustrie moet haar inspanningen richten op het terugdringen van discriminatie van jonger talent, vrouwen met zorgtaken en ouder talent.
• India (22%), Nederland (24%), GCC, Pakistan, Hong Kong en België (allemaal 27%). Hieruit kan je concluderen dat voor Nederland, leeftijd minder van belang is ten opzichte van het wereldwijde gemiddelde.
Geslacht en gezinsstatus
Uit de gegevens blijkt dat de meest voorkomende vorm van discriminatie in de branche verband houdt met de gezinssituatie, die vooral vrouwen treft.
De gerapporteerde loonkloof varieert aanzienlijk tussen markten. De meeste rapporteren een loonkloof tussen mannen en vrouwen op hogere niveaus (maar liefst +85%), en velen melden een loonkloof in het voordeel van vrouwen (maar liefst +43%) op junior niveaus.
• Zweden scoorde het beste met vrouwelijke respondenten die de minste verschillen meldden met betrekking tot gezinsverantwoordelijkheden die iemands carrière belemmeren (5%)
Etniciteit
33% van de respondenten van etnische minderheden meldde ongepast gedrag in hun bedrijf te hebben waargenomen. Wat betreft etniciteit moeten we dit per markt benaderen. Over het algemeen rapporteren etnische minderheden meer discriminatie, meer negatief gedrag op de werkplek en minder gevoel van verbondenheid, en zijn ze vooral op hogere niveaus ondervertegenwoordigd.
• In het rapport zien we een uitzondering bij expats.
Handicap en mentale gezondheid
Slechts 7% van de Nederlandse respondenten identificeerde zichzelf als gehandicapt wat volgens het rapport minder is dan de totale wereldbevolking (15%). Slechts zeven landen rapporteerden gehandicapte respondenten op een niveau dat in verhouding staat tot het aantal gehandicapten in de totale bevolking. Maar veel landen registreerden responspercentages voor gehandicapten die 5% of meer onder het gerapporteerde nationale niveau lagen, wat erop wijst dat de marketingindustrie in de meeste markten gehandicapten niet voldoende vertegenwoordigt.
Van degenen die zich als gehandicapt identificeren, relateert 71% hun handicap aan geestelijke gezondheid/cognitieve ten opzichte van fysieke uitdagingen (47%). De definitie van geestelijke gezondheidstoestand is in dit geval: Langer dan 12 maanden van invloed op de normale dagelijkse activiteit.
Net als bij etniciteit kan een lage vertegenwoordiging een negatief effect hebben op het bewustzijn en uiteindelijk het gevoel erbij te horen. Als gehandicapte werknemers zichzelf niet in de hele organisatie zien, hebben ze minder het gevoel dat ze erbij horen.
• 1 op de 3 van alle respondenten gaf aan zich gestrest te voelen in de huidige situatie.
Seksuele voorkeur en genderidentiteit
35% LHBQ-respondenten meldden zich constant angstig te voelen in hun werk, vergeleken met 27% van de heteroseksuele respondenten.
• Het verzamelen van gegevens op dit gebied is een grotere uitdaging dan op andere gebieden, aangezien wettelijke beperkingen en culturele gevoeligheden vaak van invloed zijn op het stellen van vragen over seksuele voorkeur. Hoewel veel landen LHBQ-mensen wettelijk erkennen en accepteren, kan LHBQ in sommige landen nog steeds een strafbaar feit zijn.
De minste discriminatie vindt plaats binnen landen met een goede LGBQ-vertegenwoordiging. In België (13% LGBQ) melden respondenten bijvoorbeeld vrijwel geen discriminatie op grond van seksuele voorkeur.
Niettemin zijn er nog steeds gevallen van persoonlijke discriminatie vanwege de seksuele voorkeur van respondenten in 9 van de 13 markten waar het legaal was om de vraag te stellen.
Download hieronder het volledige rapport. Daar vind je per onderwerp ook actiepunten om je organisatie inclusiever te maken.