‘Goed voorbeeld doet goed volgen’
De marketing-, communicatie- en reclamesector is er één vol vrouwen, maar mannen domineren er. We doen daarom een oproep aan bureaus, adverteerders en media voor meer diversiteit en doorgroei voor vrouwen en spraken hierover met vier inspirerende vrouwen over hun ervaringen in ‘a male-dominated world’. Eén van hen is Birgit Zuurveld, Manager Director bij Dorst & Lesser
Birgit, je bent nog maar 36 jaar en nu al verantwoordelijk voor een groot team, alle newbusinesstrajecten en strategisch eindverantwoordelijke binnen Dorst & Lesser. Wat heeft ervoor gezorgd dat je hier bent gekomen? Wat is je kracht?
‘Als ik iets doe, dan wil ik het goed doen. Ik heb als kind op topsportniveau geturnd en toen zat het al in me. Ik vind veel dingen leuk en interessant, ik heb een brede interesse, maar als ik iets ga doen, dan bijt ik me erin vast en wil ik het ook graag perfect uitvoeren, net als vroeger die oefening op de balk.’
Afgelopen maandag was het Internationale Vrouwendag. Hoe belangrijk vind je dat voor de marketing-communicatiesector?
‘Laat ik beginnen met te zeggen dat ik eigenlijk hoop dat in de toekomst een Internationale Vrouwendag niet meer nodig is, in geen enkele sector. Maar dat deze dag al sinds 1911 bestaat, impliceert natuurlijk al dat het nog steeds niet goed zit, of in ieder geval dat wij vrouwen wat extra aandacht nodig hebben en dat is, jammer genoeg, dus ook echt waar.’
Helaas wel. Ruim honderd jaar na de eerste Internationale Vrouwendag besloot de Tweede Kamer dat er een vrouwenquotum moest komen in raden van commissarissen bij beursgenoteerde bedrijven. Moeten vrouwen niet zelf verantwoordelijkheid nemen om een betere positie te bevechten?
‘Mijn eerste reactie is dat ik het erg vind dat dit soort maatregelen nodig zijn, maar met het resultaat ben ik wel blij, dus dan maar liever met maatregelen en hopen op een nieuwe generatie vrouwelijke leiders. Een generatie waarin intrinsiek gestuurd wordt in plaats van dat het afgedwongen moet worden. Vrouwen moeten zichtbaarder worden binnen het bedrijfsleven, hun ambities uitspreken en duidelijk laten horen wat ze willen bereiken.’
Jezelf op de voorgrond zetten is niet altijd even gemakkelijk. Heb je tijdens je carrière weleens ervaren dat je minder serieus werd genomen omdat je een vrouw bent?
‘Jazeker. Regelmatig maakte ik mee dat ik samen met een mannelijke collega in een meeting zat en als vrouw niet werd aangekeken. Of op netwerkborrels te vaak gevraagd worden naar wanneer je zwanger wilt worden, en zo kan ik nog wel even doorgaan. Ik ben gelukkig niet op mijn mondje gevallen en ik weet dat ik altijd goed voorbereid op mijn werk verschijn, dus ik laat me er niet door raken, maar een man zal dit echt niet zo snel overkomen. Zulke dingen kunnen we anno 2021 toch niet meer laten gebeuren?’
Wat tijdens de lockdown(s) duidelijk naar voren is gekomen is dat mensen, zeker in tijden van crisis, geneigd zijn terug te vallen op meer traditionele rolpatronen, waarbij vrouwen verantwoordelijk zijn voor de zorg voor de kinderen en mannen voor het brood op de plank. Meerdere onderzoeken tonen aan dat dit de gendergelijkheid binnen organisaties onder druk zet. Wat kunnen we volgens jou doen om de maatschappij hiervan bewust te maken en over te laten gaan tot actie?
‘Ik denk dat de KRO-NCRV-serie Waarom werken vrouwen niet? dit heel goed maar pijnlijk vaststelde. In Nederland heerst de opvatting dat het slecht is om als vrouw fulltime te werken als je een kind hebt en dat het verkeerd is om je kind veel naar de opvang te brengen. Tegelijkertijd vindt de maatschappij het wel heel normaal dat je in topfuncties 50 tot 60 uur in de week werkt. Hoe moet je dat dan doen als je een ambitieuze vrouw bent, maar ook graag een gezin wilt? Volgens mij liggen onze problemen in hoe wij naar de wereld kijken, en om dat te veranderen is er aandacht nodig voor dit onderwerp, van het bedrijfsleven en ook van de media.’
Om dit binnen het bedrijfsleven voor elkaar te krijgen, moet dit onderwerp hoger op de agenda in de boardroom komen te staan. Enig idee hoe we dit kunnen bewerkstelligen?‘Goed voorbeeld doet goed volgen. Er is aandacht voor het tekort aan diverse teams, maar ik merk dat er nog te weinig aandacht wordt geschonken aan diverse teams die al bestaan en succesvol zijn. Waarom vraagt niemand aan hen waar ze tegenaan liepen? Hoe hebben ze zaken opgelost? Wat hebben ze van elkaar geleerd? En hoe ervaren ze het zelf om in een divers team te werken? Ik denk dat, als we de succesverhalen meer gaan delen, openstaan om naar elkaar te luisteren en bereid zijn om van elkaar te leren, we veel sneller een positieve verandering in gang kunnen zetten.’
Wij zijn het volledig met je eens dat er meer diverse teams moeten komen, maar als we kijken naar bijvoorbeeld het C-level-onderzoek dat we eind 2020 publiceerden, blijkt dat 49% van de sector nog steeds moeite heeft met het vormen van een divers team. Waarom is dat volgens jou zo moeilijk?
‘Ik denk dat dit komt omdat we van nature geneigd zijn om mensen om ons heen te verzamelen die op ons lijken. We weten allemaal inmiddels wel dat dit niet het beste is om te doen, maar hier ook naar handelen is nog een lastige stap.’
Werken jullie binnen Dorst & Lesser met diverse teams?
‘Absoluut, onze man-vrouwverdeling is 50/50 en daar ben ik best een beetje trots op. Wij waren altijd echt een vrouwenbedrijf, maar de afgelopen jaren heb ik mij ervoor ingezet om dit op een natuurlijke wijze te veranderen en dat is gelukt. We zien ook dat dit zowel voor ons werk als voor ons team echt heel goed is.’
Hoe verwacht jij dat de markt er op het gebied van diversiteit er over vijf jaar voor staat?‘Het bewustzijn is er, dus ik hoop en verwacht ook dat er nu wel stappen gezet gaan worden, maar of we over vijf jaar al echt van een divers landschap kunnen spreken, ik weet het niet. Laten we uitgaan van het positieve, want als we allemaal een stap in de juiste richting zetten, kunnen we sneller vooruitgang boeken naar een inclusievere toekomst.’